menu
Een vader die erg trots was op zijn zoon, bezocht de school van de jongen. Hij informeerde bij het schoolhoofd om te horen hoe het ging. Het hoofd informeerde hem dat het eigenlijk heel goed ging. De vorderingen van zijn zoon waren uitstekend. "Hij is een heel fijne leerling en heeft er zelf echt zin in," vertelde het hoofd. "Ja, ikzelf vond het ook altijd erg fijn op school," reageerde de vader dankbaar. "Hij is een ster in wiskunde," vervolgde het hoofd. "Wat fijn. Dat was vroeger ook mijn beste vak," zei hij verheugd. "Hij heeft ook zo'n vriendelijk karakter en daarom houden alle onderwijzers en leerlingen van hem," vervolgde de directeur. "Daar ben ik erg blij om," zei de vader, "dat heeft hij allemaal van mij geërfd, ik kon vroeger ook zo goed opschieten met iedereen." "Eén ding zit me niet lekker," zei het hoofd. "Als hij beledigd wordt, kan hij vreselijk kwaad worden. Dan wordt hij rood in het gezicht en moet je oppassen voor hem." "Wel," kuchte de vader, "dat is nu ook wat. Dan heeft hij dat waarschijnlijk van zijn moeder."
