Bouw je huis op een goede manier

Bouw je huis op een goede manier

Jan was een jongeman die zijn leven op de verkeerde manier was begonnen. Hij hield totaal niet van werken en het beetje geld dat hij verdiende, maakte hij gewoonlijk op aan verkeerde dingen. Zijn jonge vrouw Marie had het maar zwaar met hem.

In de dagen dat ze nog niet getrouwd was, had ze voor rijke mensen gewerkt in de huishouding. Toen die mensen zagen dat ze nauwelijks eten of kleren had, vroegen ze haar om weer bij hen te komen werken. Intussen gaven ze Jan ook steeds werk, maar gewoonlijk probeerde hij zijn plichten te ontduiken of hij deed zijn werk slordig en halfhartig.

Op zekere dag vroeg de werkgever: "Ga met me mee in de auto, ik wil je werk aanbieden, wat je voor me doen kunt als ik weg ben. Mijn vrouw en ik gaan een lange tijd op vakantie en ik wilde je vragen of jij intussen een nieuw huis voor mij wilt bouwen." Ze reden een stukje weg vanaf de eigenaar zijn huis en hielden stil op een mooi gedeelte van de boerderij. "Luister Jan," zei de man, terwijl hij een grote tekening uit zijn zak haalde, "hier heb ik het bouwplan van het huis. Zie je deze prachtige dure gele sierstenen, deze mooie planken voor de vloeren en deze dure kozijnen en deuren? Wel, dit is alles voor het huis. Ik wil het graag op zijn best gebouwd. Het moet een modelhuis worden. Zou jij dat voor me kunnen bouwen in de tijd dat ik weg ben? Ik zal je goed betalen?"

"Natuurlijk meneer," sprak Jan, "u weet dat ik een vakman ben. U bent altijd zo goed voor Marie en mij geweest. Dat komt best in orde. Ik zal mijn uiterste best voor u doen." Maar in zijn hart had Jan al lang een ander besluit gemaakt. Toen de man weg was, zei hij tegen zichzelf: "Als die oude kerel zich nog nooit in de vingers gesneden heeft, dan zal hij dat nu doen. Ik zal al die dure bouwmaterialen verkopen voor veel geld. Dan zal ik oude, tweedehandse materialen opkopen, tweedehandse deuren en kozijnen en oude vloerplanken kopen voor dit huis. Als ik die goed opschuur en er overheen verf, zal hij er niet zomaar achterkomen. Voor deze dure stenen krijg ik flink wat geld en dan koop ik oude, goedkope, ruwe stenen, die ik dicht zal smeren met specie. Daar komt hij voorlopig niet achter. Dan heb ik lekker veel geld om drank te kopen en feest te vieren en als hij terugkomt en mij betaald heeft, verhuis ik dadelijk en moet hij maar zien hoe hij het redt met zijn bij elkaar geraapte huis."

Jan deed precies wat hij zich had voorgenomen en enkele maanden lang ging het erg lekker. 's Morgens sliep hij uit tot elf uur, waarna hij naar zijn werk slenterde om te beginnen. Elke avond kwam hij laat thuis en of Marie nu bij hem huilde of bedelde, het bracht alles geen verandering.

Soms, als hij bezig was om de zachte, slechte stenen op elkaar te metselen, met specie waar bijna geen cement in zat, dan lachte hij lekker en dacht bij zichzelf: "Wel, wel, die oude stenen zijn niet eens bestand tegen regen. Ze zullen vol water zuigen en de muur zal nog in elkaar zakken. Hopelijk op een nacht wanneer die oude kerel op bed ligt. Dan zakt het hele spul als een pudding in elkaar."

"Ha-ha-ha," lachte hij, als hij dan bezig was om een oud, scheef raam in het kozijn te plaatsen. "Geloof me, dit wordt lachen, als het op een nacht goed gaat stormen. Dit domme raam zal nog uitwaaien, maar ik zal zorg dat ik ver weg ben. Mij zal hij niet meer te pakken krijgen!"

Na maanden was het huis gereed. Jan had alles geverfd en gepleisterd. Hij hoefde alleen nog maar te wachten op de eigenaar. Dan kon hij hem betalen. Op zekere dag arriveerde de man en kort daarop riep hij Jan. Samen reden ze naar het nieuwe huis. Jan voelde wat ongemakkelijk maar liet niets merken en deed heel vriendelijk, zodat de man niets zou ontdekken.

De baas parkeerde recht voor het huis, bekeek het allemaal eens goed en haalde daarna een groot, opgevouwen document uit zijn jaszak. Hij vouwde het langzaam open, terwijl Jan hem in de ogen keek: "Luister Jan," zei hij, "Marie werkt nu al zoveel jaren voor ons en mijn vrouw en ik willen heel graag een goed geschenk aan jullie geven. Vanaf nu is dit jullie huis. Hier zijn de overdrachtspapieren. Zolang jullie leven zijn jullie eigenaar!"

Jan voelde zijn benen plotseling lam worden en hij werd vreselijk misselijk op zijn maag. "Dank u meneer," prevelde hij met een droge mond, maar in zijn hart zei hij bij zichzelf: "Wat een enorme dwaas ben ik toch geweest! Als ik dat geweten had, dat ik voor de rest van mijn leven eigenaar van dit huis zou worden, dan had ik het gebouwd met de mooiste bouwmaterialen! O, wat heeft mij mankeert, dat ik steeds gedacht heb dat de baas in gevaar zou zijn als er storm zou komen. De hele tijd was ik het zelf die nooit meer een rustige nacht zal hebben! O, hoe graag had ik een huis gehad van mooie siersteen, zoals andere mensen. Ik heb mezelf bedrogen. Ik ben mijn eigen grootste vijand geweest! O, wat heb ik nu een spijt. Nu is het te laat!"

Dit verhaal beschrijft het leven van veel jongeren. Het leven van menig kind is mislukt terwijl het een groot succes had kunnen zijn. Wanneer een kind ongehoorzaam of eigenwijs is, denkt het vaak dat het zijn ouders of onderwijzers in de maling neemt, maar de hele tijd heeft het zichzelf grote schade aangedaan.

De duivel is onze grootste vijand. Met alles wat vader en moeder ons willen leren, willen wij vaak niet luisteren. Dan zegt de duivel: "Niet luisteren, gewoon je eigen zin doen." Dan is het kind eigenwijs en gaat het zijn eigen weg. Hij beseft nog steeds niet dat hij bezig is om de prachtige sierstenen van een goede opvoeding bij de duivel in te ruilen voor slordigheid, slechte manieren en een lelijk karakter.

Later, wanneer het kind volwassen wordt, ontdekt het dat goede, welopgevoede mensen hem ontlopen. Dat hij nooit naar hun huis of feestje uitgenodigd wordt. Dan wordt hun leven eenzaam en komen ze erachter dat dit gebeurt omdat zij hun levenshuisje gebouwd hebben met de verkeerde materialen. Dan ontdekken ze te laat dat niemand anders dan zijzelf met de gevolgen moeten verder leven.

Sommige kinderen willen niet leren. Ze verzinnen altijd een smoes omdat ze geen huiswerk maken. Achteraf zeggen ze lachend: "Van mij mag hij praten tot hij een ons weegt, maar ik doe waar ik zin in heb. Het is niet zijn probleem als ik niet slaag. Ik ben eigen baas en laat me niet regeren door een onderwijzer." Zo werkt de duivel. Hij is bezig om de mooie sierstenen van goede geleerdheid uit je leven weg te nemen, in ruil voor onkunde, armoede en teleurstelling. Als jij niet wilt leren, doe je dit niet tot schade van een ander, maar alleen tot schade van jezelf.

Later, als je je eenzaam voelt en teleurgesteld bent, zal het geen probleem zijn voor je onderwijzer, maar zit je zelf met een lelijk versleten huis. Kinderen, luister naar de zondagschool onderwijzer of predikant, als ze je vragen om de Heere Jezus als je Vriend te kiezen en om weg te blijven van de gevaarlijke wegen van zonde en kwaad. Nu lach je er misschien nog om en je zegt: "Laat ze maar praten. Ik ben maar één keer jong en wil mijn leven genieten."

Veel jongeren hebben het zo gedaan. Zij hebben hun huis gebouwd met zonde, verkeerde vrienden en met dingen waarvoor ze zich later schaamden. Op die manier zijn verschillenden in de gevangenis terechtgekomen. Anderen zijn zo doorgegaan tot ze in het eeuwige vuur terechtgekomen zijn. Ze kwamen er te laat achter welk een grote prijs het kost wanneer mensen hun huis bouwen met de verkeerde stenen.

Als je jong bent, bouw dan je huis op de goede manier. Je zult er nooit spijt van krijgen door je ouders, onderwijzers of predikant te gehoorzamen. Jouw levenshuis zal prachtig zijn en eenmaal in de hemel zul je de Heere danken omdat Hij jou hielp om voor Hem te leven en om gehoorzaam en eerlijk te zijn. De prijs van ongehoorzaamheid is duizendmaal groter dan de prijs van gehoorzaamheid. "Behoed uw hart boven al wat te bewaren is, want daaruit zijn de uitgangen des levens." Spreuken 4:23 "Die onrecht zaait, zal moeite maaien." Spreuken 22:8

273