God kan ons allemaal gebruiken

God kan ons allemaal gebruiken

Op een dag hielden de gereedschappen van de meubelmaker een vergadering. De voorzitter was broeder Hamer. De vergadering had hem duidelijk gemaakt dat hij maar beter kon vertrekken, omdat hij te veel lawaai maakte. Hij zei daarop: "Als ik deze timmermanswerkplaats moet verlaten, dan moet broeder Kleine Boor er ook uit. Hij is van zo weinig belang, dat niemand hem zal missen". Daarop stond broeder Kleine Boor op en zei: "Goed, maar dan moet broeder Schroevendraaier ook vertrekken, je moet hem steeds ronddraaien wil hij tot enige prestatie komen". Broeder Schroevendraaier zei toen: "Als je mij eruit wilt hebben, dan zal broeder Schaaf er ook uit moeten, al zijn werk is zo oppervlakkig, iedere diepte ontbreekt eraan". Waarop broeder Schaaf antwoordde: "Dan gaat broeder Duimstok er ook uit, want hij legt altijd iedereen de maatstaf aan, alsof hij de enige is die gelijk heeft". Broeder Duimstok deed toen ook zijn beklag over broeder Schuurpapier en zei: "Ik wil wel gaan, maar Schuurpapier is ruwer dan nodig en hij schuurt altijd de verkeerde kant op".

Op het heetst van de discussie kwam de meubelmaker de werkplaats binnen om aan zijn dagtaak te beginnen. Hij deed zijn overall aan en ging naar zijn werkbank om een preekstoel te maken. Hij zocht hout uit en gebruikte die dag, zoals alle dagen, de duimstok, de schaaf, de kleine en de grote boor, de hamer, de schroevendraaier. Maar ook de beitel en het schuurpapier kwamen aan de beurt. Aan het einde van de dag, toen hij alle gereedschappen wel één of meerdere keren gebruikt had, was de preekstoel klaar. De meubelmaker ging naar huis. Toen stond broeder Zaag op en zei: "Broeders, ik zie dat de meubelmaker ons allemaal als zijn werkers kan gebruiken, om zijn doel te bereiken".

273