Tijd is kostbaar!

Tijd is kostbaar!

Hoofdstuk 1 - Waarom is de tijd kostbaar? 1. Eens komt de eeuwigheid. Hoe zal het dan met je zijn? Dat ligt eraan op welke manier je je tijd hebt besteed. Hoe kun je eigenlijk zeggen of iets kostbaar is of niet? Dan moet je kijken of iets belangrijk is. Als je iets erg be-langrijk vindt, dan heb je er ook veel voor over. Dan is zoiets kostbaar voor je. Waarom is de tijd dan zo kost-baar? Omdat het aan je tijdsbesteding ligt, hoe het in de eeuwigheid met je zal zijn! Voor de alledaagse dingen geldt het al, dat je je tijd goed moet gebruiken. Vroeger gold dit nog veel sterker. Als je niet werkte, werd je arm. Andere mensen keken je dan scheef aan. En nog steeds is het zo, dat je er veel aan hebt als je je tijd goed ge-bruikt. Maar de tijd die we hebben, is nog veel belangrijker vanwege de eeuwigheid. Hoe het in de eeuwigheid met je zal zijn, heerlijk of juist vreselijk, hangt ervan af hoe je in dit leven je tijd hebt besteed! Daarom is de tijd dus zo kostbaar. Je eeuwige geluk hangt af van hoe je deze tijd gebruikt! Met een voorbeeld zal ik dit duidelijk maken. Mensen vinden geld heel waardevol. Als geld nu iets was waar ze niets mee konden doen, zou het niet zoveel waarde voor ze hebben. Maar als je er iets heel moois mee kunt kopen, dan heeft het juist wel veel waarde voor je. Geld heeft ook veel waarde voor je, als je daarmee iets akeligs kunt voorkomen. Hoe mooier datgene is, wat je wilt kopen, des te meer waarde hecht je aan je geld. En andersom is het ook waar: hoe akeliger datgene is, wat je kunt voorkomen door te betalen, des te kostbaarder is dat geld voor je. Als er nu iets was, waarmee je kon voorkomen dat je zou sterven, wat zou dat dan een kostbaar iets voor je zijn! Maar om die reden is de tijd juist zo enorm kostbaar! Doordat we tijd hebben, is het mogelijk verlost te worden van een eeuwige dood, een eeuwi-ge ellende! Ja, en dat niet alleen. Doordat we tijd hebben, is het ook mogelijk het allerheerlijkste te kunnen krij-gen wat er is: eeuwige blijdschap en heerlijkheid! 2. Wanneer vind je nog meer iets kostbaar? Dat is als je iets echt nodig hebt. Je kunt niet zonder. Bovendien is er maar heel weinig van. Een voorbeeld uit de Bijbel. Eens werd de stad Samaria belegerd door de Syriërs. Er was maar heel weinig meer te eten. De inwoners betaalden wel tachtig zilverlingen voor een ezelskop! Wat was het eten toen kostbaar geworden, juist omdat er zo weinig van was. En de mensen konden niet zonder! Zo is het ook met de tijd. Wij kunnen niet zonder, want we hebben de tijd hard nodig. De eeuwigheid hangt er immers vanaf! Toch geldt ook van de tijd dat die maar kort is. Dat lezen we in de Bijbel eveneens. Luister maar naar wat de apostel Jakobus ervan zegt: ‘Het is een damp, die voor een weinig tijds gezien wordt, en daarna verdwijnt.’ Ver-geleken met de eeuwigheid is het maar een moment. De tijd is zo kort, en het werk dat je in deze tijd te doen hebt, is zo belangrijk, dat je geen moment hebt te verliezen. Wat is dan dat grote werk? Je moet je voorbereiden op de eeuwigheid. Dat moet gebeuren in de tijd die je nu hebt. Anders zal het nooit gebeuren! En het is niet ge-makkelijk om je voor te bereiden op de eeuwigheid. Dat kost je veel moeite. Daarom heb je je tijd ook echt no-dig! 3. Er is nog een reden, waarom je tijd kostbaar is. Je weet namelijk niet hoeveel tijd je nog hebt. Dat de tijd kort is, weet je wel, maar je weet niet hoe kort. Hoeveel tijd krijg je nog? Vele jaren of nog maar een paar? Misschien een enkel jaar nog maar, of slechts een maand, een week, een dag...? Als er een nieuwe dag begint, weet je nooit zeker of het niet je laatste dag is. Je weet zelfs niet zeker of je de hele dag nog zult meemaken! Er zijn veel men-sen op deze wereld, die er over enkele maanden niet meer zullen zijn. Maar... zij weten dat nu nog niet. Als ze dat wel wisten, zouden ze heel zuinig zijn op die paar maanden, of die weken of dagen, dat ze nog mogen leven! Wie verstandig is, zal ook zo zuinig zijn op zijn tijd. Niemand weet zeker, of het bij hem of haar niet net zo zal zijn! Er zijn massa’s mensen op de wereld die op dit moment kerngezond zijn. Het zijn mensen die nog helemaal niet aan de dood denken. Waarom zouden ze...? Toch zullen velen van die mensen volgende maand sterven. Ook volgende week zullen er veel van zulke mensen sterven. Ja, sommigen morgen al, of vannacht. Deze mensen we-ten hier nu nog niets van. Het komt misschien niet eens in hun gedachten op. Er is niemand die tegen hen zegt, dat zij eerder uit de wereld zullen worden weggenomen dan andere mensen. Kunnen we hiervan niet leren hoe kostbaar onze tijd is, en dat je er niets van hebt te verliezen?! 4. Nog een laatste reden, waarom je tijd zo kostbaar is. Als je tijd eenmaal voorbij zal zijn, komt hij echt nooit meer terug. In het dagelijkse leven zijn er ook dingen die je kunt verliezen. Maar vaak kun je ze ook wel weer te-rugkrijgen. Zo is het niet met de tijd. De tijd die je hebt verloren, ben je voor altijd kwijt! Al zou je nog zoveel moeite doen, die tijd krijg je niet terug. Al heb je nog zo’n spijt, dat je je tijd hebt verknoeid, het helpt je niet. Je krijgt steeds weer nieuwe tijd. Die tijd kun je echter niet opsparen en bewaren voor later. Die tijd krijg je nu, en die tijd moet je dus nu goed doorbrengen. Als je dat niet doet, en je je tijd verknoeit, ben je die tijd dus echt kwijt. Die tijd kun je op geen enkele manier weer terugkrijgen! Als iemand vijftig, zestig of zeventig jaar is, en hij heeft zijn tijd niet goed gebruikt, heeft hij niets meer aan die tijd. Hij is die voor eeuwig kwijt. Alles wat hij kan doen, is het beetje tijd, dat hij nog over heeft, goed gebruiken. Als iemand alle tijd, die hij al mag leven, niet goed heeft gebruikt, dan is dat ook allemaal verloren tijd. Die is hij voor altijd kwijt. Hij kan die tijd niet nog eens gebruiken. Hij kan alleen de tijd nog gebruiken die hij voor zich heeft. De rest is verknoeid. Maar als ie-mand aan het eind van zijn leven is gekomen, en al zijn tijd heeft verknoeid, is het echt onherroepelijk! Hoe het in de eeuwigheid met je zal zijn, hangt af van hoe je nu je tijd gebruikt. Maar als de tijd van je leven voorbij is en de dood komt, is er geen tijd meer voor je. Er is dan geen enkele mogelijkheid meer nog wat van die tijd terug te krijgen. Je krijgt geen moment meer om je te kunnen voorbereiden op de eeuwigheid. Als een man al zijn bezittingen verliest en bankroet raakt, is het nog niet helemaal een verloren zaak voor hem. Het kan met hem nog goed komen. Hij kan nog beginnen een nieuw bestaan op te bouwen. Maar als je alle tijd van je le-ven hebt verknoeid, kan het niet meer goed komen. Je krijgt nooit meer tijd, zelfs geen minuut. Je kunt je nooit meer voorbereiden op de eeuwigheid. Die mogelijkheid is voorbij, voor eeuwig. Hoofdstuk 2 - De tijd die voorbij is Je hebt nu iets gehoord over de kostbaarheid van de tijd. En jij en ik, wij zijn het die van God dat kostbare talent hebben gekregen. Jij en ik zijn het die de eeuwigheid voor zich hebben. Toen God je schiep, schiep Hij je voor de eeuwigheid. Maar Hij gaf je ook tijd je op die eeuwigheid voor te bereiden. Nu hangt je toekomst er vanaf hoe je die tijd gebruikt. Denk er daarom over na, wat je hebt gedaan met de tijd die al voorbij is. De tijd die je krijgt, begint niet nu pas. En deel ervan heb je al achter de rug. Die tijd is nu voorbij. Die tijd kan niemand je terugge-ven. Hoeveel tijd van je leven is al voorbij? Dat weet je niet. Stel je voor dat je een zandloper hebt die langzaam leegloopt, en die daar heel jouw leven over doet. Misschien is die zandloper nu al half leeg. Misschien zijn er nog maar een paar korrels in die zandloper. De zon van je leven is dan over haar hoogtepunt en is nu aan het da-len om straks onder te gaan. Denk er daarom over na, hoe je de tijd die God je gaf, hebt besteed. Wat heb je ge-daan, toen die zandloper met kostbare, gouden zandkorrels leegliep? Elke dag dat je mocht leven was kostbaar. Ja, al je minuten waren kostbaar. Maar heb je ze niet verknoeid, die kostbare minuten, die kostbare dagen en ja-ren? Wanneer je de dagen van je leven zou optellen, zou dat een heel aantal zijn. En wat is elk van die dagen kostbaar geweest! Denk er daarom over na: wat heb je ermee gedaan? Wat is het resultaat? Kun je iets goeds la-ten zien wat je gedaan hebt, of wat je verkregen hebt en wat beantwoordt aan de tijd dat je al leeft? Wanneer je terugkijkt en daarnaar zoekt, is de tijd achter je dan niet grotendeels gevuld met leegte? En als je nu eens reken-schap moest afleggen voor God, Die jou je tijd heeft gegeven, wat zou je Hem dan kunnen antwoorden? Wat kun je veel doen in een jaar! Wat zou in zo’n periode veel goeds kunnen gebeuren! Hoeveel zouden mensen kunnen doen in de dienst van God, maar ook voor het heil van hun eigen zielen, als ze hun tijd maar zouden gebruiken! Hoeveel kan er gedaan worden op een dag! Heb je je jeugd al achter de rug? Wat heb je dan gedaan in die tijd? Wat is er terechtgekomen van die kostbare periode in je leven? Is deze niet vergeefs voor je geweest? Was het niet even goed of zelfs beter voor je geweest als je in die tijd maar slapende was geweest of in een toestand waarin je er helemaal niet was? Je hebt veel vrije tijd gehad. Denk erover na met welk doel je die tijd hebt door-gebracht. Je had niet alleen je gewone tijd, maar er waren ook dagen die God apart gezet heeft. Wat heb je met al die zondagen gedaan? Denk ernstig over deze dingen na en laat je geweten er antwoord op geven. Hoofdstuk 3 - Voorbeelden van tijdverspilling Wat wordt er weinig beseft hoe kostbaar de tijd is! En wat zijn er velen die hun tijd doorbrengen zonder werke-lijk nut! Er bestaat niets wat kostbaarder is en toch is er niets wat de mensen meer verknoeien. Voor velen is de tijd net als het zilver in de dagen van Salomo. Dat was ‘als de stenen op de straten’. Ze doen alsof er evenveel tijd is als er toen zilver was. Ze doen alsof ze veel meer tijd krijgen dan ze nodig hebben en niet weten wat ze ermee doen moeten. Als de mensen even verkwistend waren met hun geld als met hun tijd, en als ze het even gewoon vonden om hun geld weg te gooien als hun tijd, dan zouden we denken dat ze niet goed bij hun verstand waren. Toch is tijd duizendmaal kostbaarder dan geld. Wanneer de tijd voorbij is, kan die niet meer met geld te-ruggekocht worden. Er zijn verschillende soorten mensen die hier worden vermaand. Ik zal ze afzonderlijk noe-men. 1. Er zijn mensen, die hun tijd grotendeels doorbrengen in ijdelheid. Ze doen niets zinnigs, of het nu is voor de ziel of het lichaam. Ze doen niets wat tot hun eigen voordeel is, en ook niets wat tot het voordeel van hun naaste is of van hun familie. Er zijn mensen, bij wie de tijd zwaar op hen drukt. Hun zorg is niet hoe ze de tijd kunnen benutten, zonder dat deze door hun vingers glipt. Nee, hun zorg lijkt wel hoe ze manieren kunnen bedenken om de tijd te verspillen. Alsof de tijd niet iets kostbaars is, maar juist een last. Hun handen weigeren te werken. Lie-ver ondervinden ze schade dan dat ze iets doen. Er zijn ook mensen, die veel tijd doorbrengen in het café, boven hun glazen. Zij verspillen hun uren in onzinnig geklets. 2. Er zijn mensen, die hun tijd op een zondige manier doorbrengen. Ze besteden hun tijd niet alleen met dingen die geen nut hebben, maar doen zelfs slechte dingen. Zo verliezen ze hun tijd niet alleen, maar doen ze iets wat nog erger is. Ze brengen schade toe aan zichzelf en aan anderen. Tijd is kostbaar, zoals we hebben gehoord, want de eeuwigheid hangt ervan af. Door de tijd te benutten, kunnen we de eeuwige ellende ontgaan en de eeuwige gelukzaligheid verkrijgen. Maar zij, die hun tijd doorbrengen met zondige dingen, gebruiken hun tijd niet om de eeuwige blijdschap te verkrijgen of de verdoemenis te ontgaan. Sterker nog, ze gebruiken hun tijd met het omge-keerde doel. Ze maken hun eeuwige ellende alleen maar groter en hun verdoemenis zwaarder en ondraaglijker. Sommigen besteden hun tijd met lol maken, met vieze praatjes en slechte vrienden. Ze bederven de gedachten van anderen. Ze geven een slecht voorbeeld en verleiden anderen tot zonde. Zo schaden ze niet alleen hun eigen ziel maar ook die van anderen. Sommigen besteden hun kostbare tijd met roddelen. Sommigen maken ruzie of lokken bij anderen ruzie uit. Voor zulke mensen en hun omgeving was het beter geweest als ze hun tijd met he-lemaal niets hadden doorgebracht. Nu hebben ze veel meer kwaad gedaan dan ze ooit goed hebben gedaan. Als mensen die veel van hun tijd in de zonde hebben doorgebracht, zich ooit zullen veranderen en anders zullen gaan leven, dan zullen ze merken dat ze niet alleen hun tijd hebben verknoeid, maar dat het hen nu ook veel tijd kost om teniet te doen wat ze hebben gedaan. Wat zullen veel mensen, voor wie nu de tijd voorbij is en die terugkij-ken op hun leven, wensen dat ze geen tijd hadden gehad! Het was voor hen beter geweest, dat ze de tijd die ze op aarde doorbrachten, hadden doorgebracht in de hel. Want doordat ze op aarde tijd kregen, zal voor hen de eeu-wige ellende nog afschuwelijker zijn. 3. Er zijn ook mensen, die hun tijd alleen maar besteden in de dingen van de wereld. Zij verwaarlozen hun zie-len. Zulke mensen verliezen hun tijd, ook al zijn ze nog zo ijverig bezig met hun alledaagse werk. De tijd is niet gegeven voor de tijd zelf, maar voor de eeuwigheid die erop volgt. Deze mensen werken alleen voor de dingen van de wereld. Daar zorgen ze voor. Ze vragen zich af wat ze zullen eten en drinken, waarmee ze zich zullen kleden. Ze bedenken hoe ze schatten kunnen verzamelen op de aarde, hoe ze rijk kunnen worden, hoe ze belang-rijk kunnen worden, hoe ze prettig kunnen leven. In hun gedachten zijn ze alleen met deze dingen bezig. Ze ge-bruiken hun kracht alleen hiervoor. Naar deze dingen gaat hun hart uit. Deze mensen verliezen hun kostbare tijd. Denk erover na, als je je tijd verkeerd hebt doorgebracht. Je hebt een groot deel van je tijd en een groot deel van je krachten gebruikt om een klein beetje van de wereld te verkrijgen. Ben je daarvan nu zoveel beter geworden? Heeft het je iets goeds gebracht? Wat voor blijdschap en voldoening heb je daar nu van? Geeft het je vrede in je geweten of rust of troost? Wat is je arme, verloren ziel er beter van geworden? En wat voor betere vooruitzichten heb je nu, als je denkt aan de eeuwigheid die eraan komt? En wat zal alles, wat je hebt verkregen, je helpen, wanneer de tijd voorbij zal zijn? Hoofdstuk 4 - Benut je tijd! Denk na over wat ik heb gezegd over de kostbaarheid van de tijd. Bedenk hoeveel ervan afhangt. Overweeg hoe kort en onzeker de tijd is. Denk er ook aan dat de tijd die je voorbij laat gaan nooit meer terugkomt. Als je deze dingen echt beseft, zul je op je tijd zuiniger zijn dan op het fijnste goud. Elk uur en elke minuut zal kostbaar voor je zijn. Maar overweeg ook de volgende dingen: 1. Je bent God verantwoording schuldig voor wat je met je tijd hebt gedaan. Tijd is een talent dat God ons gege-ven heeft. Hij geeft ons in het leven een bepaald aantal dagen. Die tijd geeft God niet voor niets. Er moet een be-paald werk door ons gedaan worden. En aan het eind van die dagen moeten we voor God rekenschap hiervan af-leggen. Wij staan in dienst van God. Een werknemer moet tegenover zijn werkgever verantwoorden wat hij on-der werktijd heeft gedaan. Zo moeten wij tegenover God verantwoorden wat wij hebben gedaan. Als de mensen dit werkelijk zouden beseffen, zouden ze dan hun tijd niet anders besteden dan ze nu doen? Stel je voor dat je el-ke morgen zou beseffen dat je van die dag rekenschap moet afleggen. Dat je voor God zult moeten verantwoor-den hoe je die dag hebt doorgebracht. En dat je ook aan het begin van elke avond zou beseffen dat je ook van die avond rekenschap zult moeten afleggen. Hoe heb je je avond doorgebracht? Als je deze dingen zou beseffen, zou je je dan niet anders gedragen dan je nu doet? Christus heeft ons gezegd, dat we van elk ijdel woord rekenschap moeten afleggen in de dag van het oordeel. Kunnen we dan niet concluderen dat we dan voor alle tijd die we ij-del hebben doorgebracht, rekenschap zullen moeten afleggen? 2. Denk erover na hoeveel tijd je al hebt verloren. En omdat je al zoveel tijd hebt verloren, is het nog meer nodig dat je je overige tijd goed besteedt. Je zou moeten treuren over je verloren tijd. Maar dat niet alleen. Je zou jezelf moeten voornemen je overige tijd extra goed te benutten. Dan zou je die verloren tijd misschien nog terug kun-nen winnen. Misschien ben je al een eind gevorderd op je levensweg. Je hebt dan misschien je tijd doorgebracht in ijdele dingen en in zorgen van de wereld. Je hebt te weinig gelet op de belangen van je ziel. Als het zo is, mag je wel verschrikt en ontsteld zijn. Wat heb je dan al veel tijd verloren en verknoeid! a. De tijd om de zaligheid te zoeken is nu veel korter geworden. Je totale tijd was al kort. Maar als je eraf haalt, wat je nu al verloren hebt, is je tijd nog veel korter! Je hebt nu niets meer aan de tijd die je inmiddels verloren hebt. Die tijd is voorbij en komt nooit meer terug. Het was beter voor je geweest, als je die tijd nooit had gehad. Het staat er nu slechter met je voor dan wanneer die tijd er nooit was geweest. b. Je hebt hetzelfde werk te doen als eerst, namelijk het zoeken van de zaligheid. Alleen is het nu veel moeilijker geworden. Tot nu toe heb je nog helemaal niets gedaan van dat werk. Alles moet nog gebeuren. Maar de moei-lijkheden zijn veel groter geworden. Niet alleen de tijd waarin je je werk moet doen, is korter geworden, ook is je werk groter geworden. Je hebt niet alleen hetzelfde werk nog steeds te doen, maar je hebt zelfs meer werk te doen. Want terwijl je je tijd verloor, heb je niet alleen je tijd verkort, maar je hebt ook werk gemaakt voor jezelf. Als je hierover nadenkt, besef je dan niet dat je zo niet door kunt gaan! c. De tijd die je verloren hebt, was je beste tijd. De beste tijd voor een mens is immers de jeugd. Als je heel je jeugd in de zonde hebt geleefd, ben je het beste deel van je tijd verloren. Al deze dingen nog eens bij elkaar: je tijd is in het geheel kort. Er is geen moment te verliezen. Een groot deel van je tijd is al verloren, zodat je overige tijd steeds korter wordt. De tijd die je kwijt bent, was je beste tijd. Toch blijft je werk bestaan. En dat niet alleen, het is nu moeilijker dan eerst. En hoe korter je tijd is, hoe meer werk je hebt te doen. Besef je hoe nodig het is je overige tijd met veel zorg te besteden? Als je het nu nog niet beseft, wanneer dan wel? Het kan gebeuren dat mensen door zulke gedachten ontmoedigd worden. Ze zien dat ze al zo-veel tijd verloren hebben. Ze denken dat het nu tevergeefs is om de zaligheid te zoeken. De duivel maakt dwazen van de mensen. Als ze jong zijn, zegt de duivel dat ze hierna nog tijd genoeg hebben. Ze hoeven geen haast te maken. Het is beter om later de zaligheid te zoeken. En de mensen geloven de duivel. En als hun jeugd voorbij is, zegt de duivel dat ze nu hun beste tijd verloren hebben. Het is dus de moeite niet meer waard om de zaligheid te zoeken. En nu geloven de mensen de duivel ook. Op zo’n manier is het nooit de goede tijd. De tijd van je jeugd is niet goed, want die is het meest geschikt voor plezier en lol. Er komt later nog genoeg tijd. Maar de tijd na je jeugd is ook niet geschikt, want je beste tijd is al voorbij. Op deze manier worden mensen tot de ondergang gebracht. Wat is het dwaas als mensen zich laten ontmoedigen of hun werk verwaarlozen, omdat hun tijd kort is! Dan is het juist nodig om wakker te worden en zichzelf op te roepen tot een ernstig zoeken om het eeuwige leven te vinden! God mocht ze bekeren tot de kennis van de waarheid, zodat ze gered zouden worden! Hoewel het laat op de dag is, toch roept God je op om te ontwaken en je aan je werk te zetten. Zul je luisteren naar dit advies in deze gewichtige zaak? Of luister je liever naar de raad van je dodelijke vijand? 3. Denk erover na hoe kostbaar iemand zijn tijd vindt als het levenseinde gekomen is. Wat heeft een arme zon-daar soms een besef van de kostbaarheid van zijn tijd, als hij op zijn sterfbed ligt! Zo iemand roept uit: ‘O, ik wil wel duizend werelden geven voor een klein beetje tijd!’ Voor hem is de tijd echt kostbaar geworden. Toch heeft hij aan zo’n beetje tijd veel minder dan hij vroeger zou hebben gehad, toen hij nog gezond was. Als een mens eenmaal op zijn sterfbed ligt, is het zo moeilijk om de tijd nog goed te gebruiken. De omstandigheden zijn zo ongunstig. Maar doordat de dood nadert, wordt hij zich bewust van de onschatbare waarde van de tijd. Toen hij nog gezond was, besefte hij misschien even weinig van de waarde van de tijd als jij nu. Hij ging er even onacht-zaam mee om. Maar wat zijn zijn gedachten nu veranderd! En dat hij nu zoveel waarde aan de tijd hecht, is niet doordat hij misleid wordt, maar doordat zijn ogen nu geopend zijn. En als jij er niet net zo over denkt als hij, komt dat doordat jij nog blind bent en je laat misleiden. 4. Denk erover na hoe kostbaar mensen hun tijd vinden als die eenmaal achter de rug ligt. Denk aan hen, die op dit moment nooit meer het eeuwige leven kunnen verkrijgen, maar nu in de hel zijn. Wat zullen zij de tijd kost-baar vinden! Toen ze nog leefden, verspilden ze hun tijd. Ze hechtten er niet veel waarde aan. Maar nu denken ze daar heel anders over! Als zij de mogelijkheid hadden, die jij nu hebt, wat zouden ze daarvoor over hebben! Wat zouden ze niet willen geven voor een van jouw dagen, een stukje van jouw genadetijd! Besef je nu hoe kostbaar de tijd is? Als je het niet wilt beseffen, zul je het eens net zo beseffen als die arme, verloren zondaren. Maar dan is het te laat! Er zijn twee manieren, waarop mensen de kostbaarheid van de tijd gaan beseffen. De eerste manier is dat ze begrijpen, waarom hun tijd kostbaar is. Ze beseffen hoeveel ervan afhangt, en hoe kort hun tijd is, en hoe onzeker. De tweede manier is dat ze ervaren, wat het gevolg is als je je tijd niet goed gebruikt. Door deze manier worden mensen altijd overtuigd. Maar als mensen niet op de eerste manier overtuigd worden van de kostbaarheid van hun tijd, en ze moeten het ervaren op de tweede manier, dan hebben ze er niets meer aan. Dan is het te laat. Hoofdstuk 5 - Adviezen om de tijd goed te gebruiken Tot besluit wil ik je drie adviezen geven: 1. Gebruik zonder uitstel de tijd die je nu hebt. Als je toch uitstelt, zul je nog meer tijd verliezen. Ook laat het dan zien dat je de kostbaarheid van de tijd niet beseft. Zeg niet dat er nog wel een tijd komt die meer geschikt is. Je moet de tijd gebruiken die je nu hebt, naar het voorbeeld van de psalmist: ‘Ik heb gehaast, en niet vertraagd Uw geboden te onderhouden.’ 2. Hoewel al je tijd kostbaar is, zijn er momenten die het meest kostbaar zijn. Let er speciaal op dat je die tijd goed gebruikt. a. Een voorbeeld is de zondag. Deze dag is nog kostbaarder dan de andere dagen. De zondag kan tot groot voor-deel zijn voor je eeuwig welzijn. Benut daarom de zondag, in het bijzonder de kerkdiensten. Dat zijn wel je al-lerkostbaarste uren! Verlies die tijd niet door te slapen of door slecht op te letten of met je gedachten weg te dwalen. Wat is het dwaas als je niet alleen je gewone tijd maar ook je zondagse tijd verspilt! b. De tijd van je jeugd is kostbaar! Zorg daarom dat je die tijd gebruikt, als je nog jong bent! Laat niet die kost-bare dagen en jaren zonder nut wegglijden. c. Een tijd waarin Gods Geest met je twist, is ook een bijzonder kostbare tijd. Dan is de Heere immers dichtbij. En zegt Hij het niet: ‘Zoek de Heere, als Hij te vinden is, en roep Hem aan als Hij nabij is.’ Ja, dan is het wel heel speciaal een aangename tijd en een dag der zaligheid. ‘Want Hij zegt: In de aangename tijd heb Ik u ver-hoord, en in de dag der zaligheid heb Ik u geholpen. Ziet, nu is het de welaangename tijd, ziet, nu is het de dag der zaligheid!’ 3. Gebruik ook je vrije tijd goed. Veel mensen hebben heel wat vrije tijd, en iedereen heeft wel wat. Die tijd kun je heel nuttig besteden, als je daartoe maar bereid bent. Als je je geen zorgen hoeft te maken om je lichaam en ook niet om je werk, dan heb je een geweldige gelegenheid om aan je ziel te denken. Gebruik die vrije tijd op een nuttige manier. Doe geen dingen die je voor God niet goed verantwoorden kunt. Verspil die gelegenheid niet door zinloze bezoekjes of door nutteloze ontspanning of amusement. Ontspanning moet ondergeschikt zijn aan je werkzaamheden. Je hebt voor je geest en lichaam ontspanning nodig om je werk goed te kunnen doen. Maar er moet niet meer ontspanning zijn dan je nodig hebt. Het is nodig elk talent, elke gelegenheid en elke gunstige situatie te gebruiken, zoveel je kunt en zolang de tijd duurt. Spoedig zal het immers ook over jou gezegd worden, met de woorden van de engel in Openbaring 10: ‘En de engel, die ik zag staan op de zee, en op de aarde, hief zijn hand op naar de hemel. En hij zwoer bij Dien, Die leeft in alle eeuwigheid, Die de hemel geschapen heeft, en hetgeen daarin is, en de aarde en hetgeen daarin is, en de zee en hetgeen daarin is, dat er geen tijd meer zal zijn.’
264