Het unieke van het Christendom

Het unieke van het Christendom

"Ik was in een diepe put gevallen en ondanks verwoede pogingen lukte het mij niet om eruit te komen.

Confucius, een wijze leraar, kwam voorbij en zei: Mijn zoon, als je mijn lessen had gevolgd, zou je nu niet in die put zijn gevallen. Dat weet ik, antwoordde ik, maar daar heb ik nu niets aan. Help mij, dan zal ik uw voorschriften nakomen. Maar Confucius vervolgde zijn weg en liet hem in wanhoop achter.

Toen keek Boeddha over de rand van de put. Hij kruiste zijn armen en zei: mijn zoon, als u alleen maar uw armen kruist, uw ogen sluit en in een toestand van volmaakte rust en onderwerping komt, zult u het Nirwana bereiken. Als u onverschillig bent tegenover alle uiterlijke omstandigheden vindt u de eeuwige rust. Verlos mij, vader, zei ik, en ik zal doen wat u beveelt. Maar Boeddha draaide zich om en ging weg.

Met driftige stappen kwam vervolgens Mohammed dichterbij. Man, ga niet zo tekeer, riep hij. Je zit daar wel akelig. Ben je soms bang? Niet bang zijn. Het is de wil van Allah dat je in de put bent gevallen. Verzet je niet tegen zijn wil. Bedenk dat goed! Zeg slechts: Allah is groot en Mohammed is zijn profeet. Blijf die belijdenis uitspreken totdat je mond voor eeuwig gesloten wordt. En ook Mohammed redde mij niet.

Toen klonk er een andere stem: Mijn zoon! Toen ik omhoog keek, zag ik de Heere Jezus. Zijn gezicht straalde vol liefde en tederheid. Geen verwijt kwam over Zijn lippen. Meteen daalde Hij in de put af, sloeg Zijn armen om mij heen, tilde mij uit de put omhoog en zette mij op de grond. Hij trok mij mijn vuile kleren uit en kleedde mij met Zijn eigen kleed. Hij stilde mijn honger en zei tegen mij: Volg Mij en Ik zal je voortaan leiden en je voor vallen bewaren."

268